Waar groeien pinda's?

Pinda's, ook wel aardnoten of grondnoten genoemd, groeien niet zoals de meeste noten aan bomen, maar onder de grond als de vruchten van de pindaplant (Arachis hypogaea). Pinda's zijn peulvruchten, net als bonen en erwten. Hier volgt een uitgebreide uitleg over waar en hoe pinda's groeien.

Klimaat en bodemvereisten

Pinda's gedijen het beste in warme, zonnige klimaten met lange groeiseizoenen. Ze hebben specifieke klimaatomstandigheden nodig om goed te kunnen groeien:

1. Temperatuur: Pinda's groeien het beste bij temperaturen tussen 20°C en 30°C. Ze hebben een vorstvrij seizoen van minimaal 120 tot 150 dagen nodig.
2. Bodem: Ze verkiezen goed doorlatende, zanderige leemgronden met een pH-waarde tussen 5,8 en 6,5. Pinda's kunnen slecht tegen wateroverlast en verdragen geen zware kleigronden.
3. Regenval: Regelmatige regenval of irrigatie is essentieel, vooral tijdens de bloei- en peulvorming. Een gelijkmatige vochtigheidsgraad helpt bij de ontwikkeling van gezonde planten.

Belangrijke teeltgebieden

Pinda's worden wereldwijd verbouwd, maar de belangrijkste teeltgebieden bevinden zich in warme klimaten. Hier zijn enkele van de belangrijkste regio's waar pinda's groeien:

1. Verenigde Staten: De zuidoostelijke staten zoals Georgia, Alabama en Florida zijn de belangrijkste pinda-producerende staten in de VS. Het klimaat en de bodem in deze regio zijn ideaal voor de teelt van pinda's.
2. China: China is 's werelds grootste producent van pinda's, met teeltgebieden verspreid over verschillende provincies, waaronder Shandong en Henan.
3. India: India is een andere grote producent van pinda's, met belangrijke teeltgebieden in de staten Gujarat, Andhra Pradesh, Tamil Nadu en Karnataka.
4. Afrika: Verschillende Afrikaanse landen, zoals Nigeria, Senegal en Sudan, verbouwen pinda's als een belangrijk landbouwgewas. Het warme klimaat en de geschikte bodems in deze regio's dragen bij aan de succesvolle teelt.
5. Zuid-Amerika: Brazilië en Argentinië zijn belangrijke pinda-producenten in Zuid-Amerika, met gunstige klimaatomstandigheden voor de teelt.

Groeiproces van pinda's

Het groeiproces van pinda's is uniek en interessant. Hier is een overzicht van de belangrijkste stappen in de groei van de pindaplant:

1. Zaaien: Pinda's worden gezaaid door de zaden (de pinda's zelf) direct in de grond te planten. Dit gebeurt meestal in het voorjaar, wanneer de bodemtemperatuur voldoende hoog is.
2. Groei van de plant: De pindaplant groeit en ontwikkelt zich als een lage, uitgestrekte plant met groene bladeren en gele bloemen.
3. Bloei en bevruchting: Na ongeveer 30-40 dagen begint de plant te bloeien. De bloemen bevinden zich laag aan de plant en zijn zelfbestuivend.
4. Peulvorming: Na de bevruchting buigen de bloemstelen naar de grond en groeien de peulen onder de grond. Dit proces, bekend als "pegging", is uniek voor de pindaplant.
5. Rijping en oogst: De pinda's rijpen onder de grond en zijn meestal na 120-150 dagen klaar om geoogst te worden. De planten worden uit de grond getrokken en de pinda's worden verzameld en gedroogd.

Conclusie

Pinda's groeien in warme, zonnige klimaten met goed doorlatende bodems en een lange groeiperiode. De belangrijkste teeltgebieden bevinden zich in de Verenigde Staten, China, India, Afrika en Zuid-Amerika. Het groeiproces van pinda's is uniek, met de peulen die zich onder de grond ontwikkelen. Voor meer informatie over pinda's en hun teelt, bezoek onze pagina over pinda's.