Wie protesteerde in 1930 met de zoutmars?

De zoutmars, ook bekend als de Dandi-mars of de Salt Satyagraha, was een beroemde protestactie die werd geleid door Mahatma Gandhi in 1930. Deze mars was een belangrijk onderdeel van de Indiase onafhankelijkheidsbeweging tegen de Britse koloniale overheersing.

Achtergrond van de Zoutmars

1. Koloniale Zoutwetten:

   • Onder de Britse koloniale regering in India was het Indiase volk verboden om zout te verzamelen of te verkopen, waardoor ze gedwongen waren om zout van de Britten te kopen tegen hoge belastingen. Zout was een essentiële grondstof, en deze wetten troffen vooral de arme bevolking hard.

2. Burgerlijke Ongehoorzaamheid:

   • Gandhi gebruikte de zoutwetten als symbool van de bredere onrechtvaardigheid van de Britse overheersing. Hij kondigde een campagne van burgerlijke ongehoorzaamheid aan om vreedzaam te protesteren tegen de onrechtvaardige wetten.

De Zoutmars

1. Start van de Mars:

   • Op 12 maart 1930 begon Gandhi de 24-daagse mars vanuit Sabarmati Ashram, zijn woonplaats nabij Ahmedabad, Gujarat, samen met 78 volgelingen. De mars was ongeveer 240 mijl (390 kilometer) lang en eindigde in de kustplaats Dandi.

2. Route en Doel:

   • De mars volgde een geplande route waarbij Gandhi onderweg toespraken hield en mensen opriep zich bij het protest aan te sluiten. Het doel was om de kust te bereiken en symbolisch zout te maken door zeewater te laten verdampen.

3. Eindpunt en Symbolische Handeling:

   • Op 6 april 1930 bereikte Gandhi Dandi en maakte symbolisch zout door een klompje zout uit het kustwater op te rapen. Deze daad werd een krachtig symbool van verzet tegen de Britse zoutwetten.

Impact van de Zoutmars

1. Nationale en Internationale Aandacht:

   • De zoutmars kreeg zowel nationaal als internationaal veel aandacht. Het inspireerde duizenden Indiërs om deel te nemen aan de burgerlijke ongehoorzaamheidsbeweging en andere vormen van protest tegen de Britse overheersing.

2. Arrestaties en Repressie:

   • Na de mars werden Gandhi en tienduizenden van zijn volgelingen gearresteerd door de Britse autoriteiten. De massale arrestaties en repressie versterkten de vastberadenheid van de Indiase onafhankelijkheidsbeweging.

3. Versterking van de Onafhankelijkheidsbeweging:

   • De zoutmars en de daaropvolgende protesten speelden een cruciale rol in het verenigen van verschillende secties van de Indiase samenleving in de strijd voor onafhankelijkheid. Het toonde de kracht van vreedzaam protest en burgerlijke ongehoorzaamheid als middelen om politieke verandering te bewerkstelligen.

Conclusie

De zoutmars van 1930, geleid door Mahatma Gandhi, was een belangrijke gebeurtenis in de Indiase onafhankelijkheidsbeweging. Het protest tegen de onrechtvaardige zoutwetten symboliseerde de bredere strijd tegen de Britse koloniale overheersing en benadrukte de kracht van geweldloos verzet. De mars mobiliseerde duizenden Indiërs en bracht de kwestie van de Indiase onafhankelijkheid onder de aandacht van de internationale gemeenschap.